A.J.A. Pronk groeide op in de jaren ’70 in het lommerrijke Overijsselse Luttenberg. Een Rooms Katholiek Asterix en Obelix dorp vol mafketels en r&roll. Hij speelt vanaf z’n 15e in bands als Bökkers, 16Down en The Prodigal Sons en schrijft als een wilde liedjes en verhalen. Tussendoor runde hij de Grotzooi, een toko vol vintage, gezelligheid en hete koffie. Een daalderse plek waar hij woont met z’n gezin en waar hij mensen met een handicap voorzag van een dag vol lol en noeste arbeid op z’n boerenfluitjes. In zijn ruftende boogiekelder staat het bier immer koud en nemen ze platen, clips en rockers op.

Tegenwoordig speelt hij in The Horse Company en brengt hij met zijn eigen band PRONK platen uit bij Excelsior Recordings. Zijn stukkies zien het daglicht sinds het circuit waarin hij onafgebroken buffelt op z’n gat ligt. Niet uit verveling maar uit goesting. Elke week een verhaal dat als mayonaise door zijn patatten loopt. Tevens was hij vorig jaar met regelmaat te zien in een serie van de Vlaming Philippe Geubels: ‘Geubels en de Hollanders’. Daar gaf hij zijn ongezouten mening over vooroordelen en stereotiep gedrag.